Beladen erfgoed wordt instrument voor waterbeheer

Het Erfgoed Deal-project Klimaatgeraamte Landfront Vlissingen draait om het inzetten van erfgoed als bijdrage aan actuele transitieopgaven. Langs de lijn van het Landfront komen verschillende opgaven bijeen: zoetwaterinfiltratie, de landbouw- en energietransitie, recreatie en natuurontwikkeling. De focus van een pilot bij Koudekerke ligt op de waterbeschikbaarheid.

In de zomerperiode neemt de watervraag op Walcheren toe door het grote aantal toeristen. In Koudekerke is dit te merken aan de waterdruk. Ondertussen worden grote terreinen zoals sportvelden, beregend met schoon, drinkbaar water. Aan de voetbalvelden bij Koudekerke grenst een nog herkenbare lijn in het landschap van een historisch landfront uit de Duitse tijd – met vier bunkers en een tankgracht. Niet meteen zichtbaar is dat hieronder het grootste kreekruggensysteem van zuid- en midden-Walcheren ligt. Hier komen het erfgoed, de kreekrug en de urgente watervraag samen, een ideale plek om erfgoed te koppelen aan actuele transitieopgaven.

Tankgracht en bunker.

Na de Tweede Wereldoorlog werden de sporen van deze periode lange tijd gezien als ‘vijandelijk’ of ‘fout’ erfgoed. Hoewel veel van deze oorlogsrelicten zijn afgebroken en afgevoerd, werd in de wederopbouwperiode al snel voor een pragmatische houding gekozen. Door ruimtegebrek en een enorme ravage veroorzaakt door bombardementen, was de instelling om te gebruiken wat voorhanden was. Sommige bunkers van de Atlantikwall werden zodoende ingericht als paardenstal, vakantiewoning, champignonkwekerij of clubhuis.

Ook nu nog is deze houding tegenover militair erfgoed goed te zien op Walcheren, waar het Landfront Vlissingen als een vervaagde lijn door het landschap loopt. De bunkers op deze lijn dienen soms nog als stal of schuur – al worden de meeste nu gebruikt om bezoekers het verhaal te vertellen van Walcheren onder het naziregime en de bevrijding door de geallieerden.

Natuurlijke kreekruggen werden doorsneden, waardoor zoet en zout water elkaar kruisen en het oppervlaktewater brak werd

Zigzaggende tankgrachten

In 1942 benoemde de Duitse bezetter Vlissingen tot Stützpunkt. Rondom Vlissingen werden daarop twee verdedigingslinies opgebouwd: langs de Schelde het Seefront dat aanvallen vanaf het water moest tegenhouden en op het land het Landfront. Het Landfront was opgebouwd uit tankversperringen en verdedigingswerken die een gesloten linie van bijna tien kilometer vormden, van Fort Rammekens aan de oostkant van Vlissingen, tot de duinen bij Groot-Valkenissen. De linie bestond uit zo’n zestig betonnen werken zoals bunkers, geschutsopstellingen en drakentandversperringen. Tankgrachten doorkruisten zigzaggend het landschap.

Bij de aanleg van het Landfront Vlissingen werd het natuurlijke water- en bodemsysteem van Walchteren rigoureus doorsneden. Op sommige plekken werd gebruikgemaakt van natuurlijke watergangen voor de aanleg van de tankgracht, maar er werden vooral nieuwe waterlopen gegraven, zoals in Koudekerke. Hier werd de tankgracht uitgegraven vanaf de buitenzijde van de linie met een graafapparaat op een spoorlijn – waardoor de tankgracht zijn asymmetrische profiel kreeg. Na de Tweede Wereldoorlog werd het watersysteem van Walcheren verder ontwikkeld met deze ingrepen als basis. Hierdoor zijn natuurlijke kreekruggen doorsneden, waardoor zoet en zout water elkaar kruisen en het oppervlaktewater op veel plekken brak werd.

Drakentanden.

Herstel van het systeem

Doel van het project Klimaatgeraamte Landfront Vlissingen is onder meer het herstel van een deel van het natuurlijke watersysteem dat door de aanleg van het landfront is doorgesneden. Water en bodem worden weer sturend gemaakt via een aantal ingrepen: het langer vasthouden van regenwater op de kreekrug (volgens de systematiek van de pilot The Freshmaker in Ovezande, Zuid-Beveland) en het tegengaan van het zoutoptrekkend effect van de tankgracht op plekken waar deze de kreekrug doorsnijdt. De zoetwaterlens groeit hierdoor geleidelijk, en kan gebruikt worden voor beregening van onder andere de voetbalvelden.

Deze ingrepen betekenen niet dat de tijd wordt teruggedraaid. De militaire sporen die hier liggen, zoals de tankgracht, krijgen juist een nieuwe rol om ervoor te zorgen dat het natuurlijke watersysteem zijn werk weer kan doen. Met het aanbrengen van een kleilaag in de tankgracht worden twee vliegen in één klap geslagen: het tegengaan van infiltratie van het brakke water van de tankgracht naar de kreekrug, én de mogelijkheid om de tankgracht te herprofileren en zo het ‘Duitse profiel’ weer zichtbaar te maken. Het asymmetrische en enigszins ‘technische’ tankgrachtprofiel maakt het mogelijk een schuine, duurzame en onderhoudsarme betuining (een soort damwand) aan te brengen. Het contrast met de ‘oude’ waterlopen wordt gemaakt door de oevers daar aan de buitenzijde van het landfront te ontwikkelen tot natuurvriendelijke oevers.

Om het zoete water in de ondergrond te kunnen gebruiken voor het beregenen van de sportvelden van Koudekerke, krijgt het terrein van de voetbalvereniging een deepdrain en een pomp. Om te garanderen dat er altijd voldoende water voorradig is, komt bij de bunker een wateropslag. Het water stroomt continu door, zodat de waterkwaliteit in het bassin goed blijft.

Wandelaars ervaren door ‘verklikkers’ waar hun route ooit ‘gevaarlijk gebied’ was toen de bunkers nog bemand waren

Zichtbaar en beleefbaar

Naast deze technische ingrepen, wordt op verschillende manieren het landfront weer zichtbaar en beleefbaar gemaakt. Het eerste idee is om ‘verklikkers’ te plaatsen die het schootsveld van de bunkers aanduiden op punten waar wandelpaden er doorheen lopen. Wandelaars kunnen zo ervaren welke stukken van hun route ooit ‘gevaarlijk gebied’ waren toen de bunkers nog bemand waren. De buispalen van de verklikkers steken 3,5 meter boven het maaiveld uit en tot diep onder de grond. In de buispalen komen sensoren die het zoet-zoutgehalte aangeven en zo de kwaliteit van het water en het kreekrugwatersysteem monitoren. Zo krijgen wandelaars zowel informatie over het erfgoed als over het watersysteem tijdens hun tocht door het historische landschap.

Er wordt nog gekeken naar andere manieren om het landfront beleefbaar te maken – zoals een brug over de tankgracht, zitplaatsen bij de bunker met zicht op het schootsveld en het integreren van een wandelpad langs de bunkers met routes langs het gehele landfront. Hierbij wordt gebruikgemaakt van de kennis van de mensen in de omgeving, waaronder de bewoners van Koudekerke, Stichting Bunkerbehoud, de Walcherse Archeologische Dienst en Stichting Landschapsbeheer Zeeland.

Bestaande situatie landfront Vlissingen en Koudekerke.

Dit project is een springplank voor het ontwikkelen van een ‘klimaatgeraamte’ langs het hele Landfront Vlissingen

Visie langs het Landfront

Dit project richt zich in de eerste plaats op een klein deel van Landfront Vlissingen ten noorden van Koudekerke in de gemeente Veere. Dit is een plek waar de opgaven van systeemherstel van de kreekrug en het erfgoed van Landfront Vlissingen samenkomen, maar dit is ook slechts één punt van het gehele landfront. Het kreekruggensysteem van Walcheren is te zien op de kaart als een geraamte, een stelsel van aderen door Walcheren. De historische laag die hier overheen is gezet in de vorm van het landfront knelt deze aderen af op meer plekken dan alleen bij Koudekerke. Daarom wordt met dit project gekeken of het erfgoed van Landfront Vlissingen meer kansen biedt om het water- en bodemsysteem te herstellen. Dit project is daarmee een springplank voor het ontwikkelen van een ‘klimaatgeraamte’ langs het hele Landfront Vlissingen – met erfgoed dat beleefbaar is en tegelijkertijd een bijdrage levert aan actuele transitieopgaven.

Dit artikel is geschreven door Laura Ietswaart, landschapshistoricus en werkzaam als adviseur Erfgoed bij de provincie Zeeland. 

Ontwerpprincipe herstel van het natuurlijk watersysteem.